Leerlingen analyseren informatie over 'het zakgeld in België' aan de hand van tabellen, grafieken en teksten. Ze toetsen het gegeven cijfermateriaal af met hun eigen situatie. Met een som zakgeld maken ze een klein budget op en stellen dit grafisch voor.
Aan de hand van een kort stripverhaal brengen leerlingen inkomsten en uitgaven in kaart. Ze gaan na of ze iets kunnen aanpassen. Ze maken een kleine budgetoefening. Aan de hand van vragen ga je met de klas nog wat verder in op hun geldgedrag.
Aan de hand van oefeningen (cijfermateriaal, reflecties, concrete voorbeelden, artikels, ...) leren de leerlingen de overheid en de inkomsten en uitgaven van de overheid kennen. Hiermee gaan ze verder aan de slag.
Leerlingen brengen de rol van een bank in kaart aan de hand van informatie uit een stripverhaal en artikels. Aan de hand van de artikels ontdekken leerlingen ook de begrippen nominale en reële rente, geldcreatie en de rol van de centrale bank.
De leerlingen maken kennis met de stappen die nodig zijn om een woning te kopen: een woning zoeken, sparen, een lening aangaan, een lening afbetalen, …