Ik leef met iemand samen. Heeft dat gevolgen voor mijn recht op werkloosheidsuitkering?
Je werkloosheidsuitkering hangt af van je gezinssituatie. Gedurende de eerste drie maanden ontvangen volledig werklozen 65 % van hun laatste loon, weliswaar geplafonneerd. In de negen maanden daarna daalt dat tot 60 %.
Vanaf het tweede jaar werkloosheid, hangt de uitkering af van je gezinssituatie. Er zijn drie mogelijke situaties:
- Je bent gezinshoofd als je samenwoont met een of meerdere gezinsleden die geen eigen inkomsten hebben.
- Je bent alleenstaande als daadwerkelijk alleen woont.
- Je bent samenwonende als je geen gezinshoofd en geen alleenstaande bent.
Vanaf de dertiende maand werkloosheid, ontvangen gezinshoofden een uitkering ten belope van 60 % van hun laatste loon.
Alleenstaanden krijgen 55 %.
Samenwonenden hebben slechts recht op 40 %.
De uitkeringen dalen daarna geleidelijk tot het forfaitair minimum wordt bereikt.
Meer info
- Over de berekening van werkloosheidsuitkeringen
- Over die verschillende statuten vind je op de website van de RVA en op de website van de Sociale Zekerheid. De verschillende statuten omvatten heel verschillende situaties.
Wat zijn de gevolgen van een scheiding voor mijn recht op een werkloosheidsuitkering?
Door uit elkaar te gaan, kan je statuut dus veranderen. Je kan gaan van gezinshoofd of samenwonende naar alleenstaande met of zonder personen ten laste. Dat heeft gevolgen voor het bedrag van je werkloosheidsuitkering.
Krijg ik een hogere werkloosheidsuitkering als ik kinderen heb?
Vanaf het tweede jaar werkloosheid hangt je uitkering af van je gezinssituatie en dus van het feit of je al dan niet personen ten laste hebt. Gezinshoofden ontvangen 60 % van hun laatste loon. Voor alleenstaanden is dat 55 %, voor samenwonenden zonder personen ten laste 40 %.
Weetje
Let op als je deeltijds hebt gewerkt, dat kan gevolgen hebben voor het bedrag van de uitkering die je ontvangt. Informeer je vooraf zodat je met kennis van zaken kan beslissen om deeltijds te gaan werken.