Wil je een geldreserve aanleggen voor onverwachte uitgaven? Of wil je later iets duurs kunnen kopen? Zet dan geld opzij op een spaarrekening – het vroegere “spaarboekje”.
Aan de hand van een kort stripverhaal brengen leerlingen inkomsten en uitgaven in kaart. Ze denken na over de inkomsten en de uitgaven van het personage en hoe ze dit kunnen aanpassen. Wat met hun inkomsten en uitgaven? Ze denken verder na over geldgedrag.
Aan de hand van een kort stripverhaal brengen leerlingen inkomsten en uitgaven in kaart. Ze gaan na of ze iets kunnen aanpassen. Ze maken een kleine budgetoefening. Aan de hand van vragen ga je met de klas nog wat verder in op hun geldgedrag.
Aan de hand van een korte video ontdekken leerlingen wat sparen is en dat sparen interessant is omdat ze zo ook wat extra geld kunnen verdienen. De leerlingen kunnen de rente op een spaarrekening berekenen en een rekening kiezen.
Leerlingen analyseren informatie over zakgeld aan de hand van tekst, grafieken en rapporten. Ze maken aan de hand van een som zakgeld een klein budget op en stellen dit grafisch voor. Leerlingen analyseren informatie over “het zakgeld in België” aan de hand van tabellen, grafieken en teksten. Ze toetsen het gegeven cijfermateriaal af met hun eigen situatie. Met een som zakgeld maken ze een klein budget op en stellen dit grafisch voor.