Als iemand sterft, moeten zijn erfgenamen de waarde van al zijn goederen op het ogenblik van overlijden aangeven en een aangifte van nalatenschap uitvoeren. Ze mogen die zelf schatten. Erfgenamen kunnen ook een beroep doen op een erkende schatter-expert als ze geen idee hebben van de waarde van de goederen. Ze kunnen ook een bindende schatting vragen aan VLABEL (de Vlaamse belastingdienst). Erfgenamen zijn vrij om te kiezen hoe ze te werk gaan.
De toegekende waarde moet wel overeenstemmen met de marktprijs ervan. Erfgenamen mogen de waarde van een goed – bijvoorbeeld een huis – nooit opzettelijk lager schatten om er minder successierechten op te betalen. De belastingadministratie kan controles uitvoeren en de in de aangifte van nalatenschap vermelde schatting herzien als ze die te laag beschouwt. Daarbij kan ze boetes en nalatigheidsintresten opleggen.
Vooral voor onroerende goederen is zelf een schatting maken niet altijd evident. Een te lage waardebepaling kan bij een controle leiden tot een (grote) belastingverhoging, zodat hier op veilig gespeeld moet worden.
Daarom kunnen erfgenamen voor onroerende goederen in België een schatting vragen aan de belastingadministratie. In de praktijk zijn het onafhankelijke landmeters-experten die, in samenwerking met de belastingadministratie, de waarde van het onroerend goed ramen. Hun waardebepaling is bindend als de erfgenamen een landmeter-expert aanstellen die een bepaald kwaliteitscharter heeft ondertekend. Daarna kunnen noch de belastingadministratie, noch de erfgenamen terugkomen op de waarde die de expert heeft vastgelegd. Ook een schatting vragen bij VLABEL zelf is bindend.