Er zijn twee mogelijkheden om de afrekening van je kredietkaart te betalen.
- Je betaalt de afrekening van alle betalingen en geldafhalingen die je de voorbije maand deed met je kredietkaart meteen volledig als je het overzicht van die periode ontvangt. Ze gaat dan in één keer van je zichtrekening. Zorg er dus voor dat er op die dag voldoende geld op staat. Je betaalt dan geen intresten op de bedragen die je met je kredietkaart hebt uitgegeven. Je betaalt meestal wel een jaarlijkse vaste kostprijs aan je bank voor het gebruik van de kredietkaart.
- Je kredietkaart is gekoppeld aan een kredietlijn:
De kredietgever bezorgt je maandelijkse afrekeningen met een overzicht van wat je al hebt betaald, wat nog open staat en hoeveel ruimte er nog is binnen je kredietlimiet.
- Op een vaste dag in de maand gaat een vast minimumbedrag van je zichtrekening. Dat is wettelijk vastgelegd. Voor kredietopeningen tot 5000 euro moet je maandelijks 1/18de van de gebruikte reserves terugbetalen. Voor kredietopeningen hoger dan 5000 euro is dat 1/20ste van de gebruikte reserves.
- Voor de uitgaven boven het vast minimumbedrag kan je kiezen. Ofwel betaal je het resterend saldo onmiddellijk terug via overschrijving. Of je kiest ervoor om het gespreid in de tijd terug te betalen. Als je kiest voor een gespreide betaling moet je wel vaak erg hoge intresten betalen op het bedrag dat je niet onmiddellijk afrekent. Op het bedrag dat je onmiddellijk terugbetaalt via overschrijving betaal je geen intresten.