De leerlingen zoeken hun weg in facturen en kastickets.
Ze maken kennis met de garantiewet en de mogelijkheid om goederen om te ruilen.
Ze leren het belang inzien van hun administratie bij te houden (facturen, kastickets).
Door middel van een hoekenwerk/groepswerk leren de leerlingen de meest courante betaalmiddelen en nieuwe betaalmethoden kennen. Ze bespreken de eigenschappen alsook de voor- en nadelen hiervan.
Aan de hand van de Wikifin vergelijkingstool gaan de leerlingen in functie van hun profiel na wat de meest geschikte zichtrekening is. Ze leren verschillende factoren kennen die een rol spelen bij het hebben/openen van een zichtrekening.
De leerlingen leren over financiële markten en verschillende beleggingsproducten: aandelen, obligaties, beleggingsfondsen. Ze analyseren gedetailleerde productfiches.
De leerlingen maken kennis met 3 zeer verschillende spaar- en beleggingsproducten (spaarrekening, aandeel, staatsbon) en vergelijken deze financiële producten op vlak van rendement, risico en liquiditeit.