10de editie van De Week van het Geld van 17 tot 23 maart!
Meer dan 170 000 leerlingen uit het lager en secundair onderwijs doen mee! Meer info
10de editie van De Week van het Geld van 17 tot 23 maart!
Meer dan 170 000 leerlingen uit het lager en secundair onderwijs doen mee! Meer info
De meeste obligaties hebben een vaste intrestvoet. Daarbij weet je op voorhand dus exact hoeveel intrest je over de hele looptijd mag verwachten. Meestal wordt hij jaarlijks uitbetaald.
De intresten op je obligaties worden automatisch uitbetaald op je rekening.
Er bestaan ook obligaties met een variabele of veranderlijke intrestvoet. De intrest die je ontvangt, schommelt meestal in functie van de evolutie van de marktrente of van andere parameters die bij de uitgifte van de lening worden vastgelegd. Vraag je bankier of financieel tussenpersoon voldoende informatie vóór je in obligaties met een variabele intrestvoet belegt.
Bij sommige obligaties worden alle intresten in één keer uitbetaald op de eindvervaldag. Dat zijn "nulcouponobligaties".
Vraag informatie over de elementen die het rendement beïnvloeden als je een obligatie met variabele intrestvoet koopt.
Tegenwoordig bestaan obligaties niet meer in papieren vorm, maar enkel nog in elektronische vorm op een effectenrekening.
Je koopt een gewone obligatie in euro en houdt ze tot op de eindvervaldag. Dan kan je exact bepalen wat je rendement zal zijn in functie van de uitgifteprijs of de aankoopprijs, de intrest, de belastingen en de kosten.
Je betaalt voor je effect van 1000 euro dan 1020 euro (1000 euro x 102 %)
Gedurende 5 jaar krijg je elk jaar 45 euro intrest (4,5 % op 1000 euro) of in totaal 225 euro. Op de eindvervaldag ontvang je de nominale waarde van de obligatie, namelijk 1000 euro.
Van het totaalbedrag aan verdiende intresten moet je dus 20 euro uitgiftepremie aftrekken, waardoor je uitkomt op 205 euro. In feite behaal je dus geen rendement van 4,5 % op je belegging, maar slechts een rendement van zo’n 4,10 %.
In werkelijkheid ligt je rendement nog lager omdat je ook met de volgende elementen rekening moet houden:
Als je obligaties koopt of verkoopt gebeurt dit op de secundaire markt. Je moet dan met volgende elementen rekening houden:
De emittenten van obligaties moeten altijd het actuariële rendement vermelden. Dat is het effectieve intrestpercentage, rekening houdend met het verschil tussen de uitgifteprijs en de nominale waarde van de obligatie.